vrijdag 29 april 2011

Cannelloni met ricotta en spinazie

Dit gerecht hebben Emma en ik in de paasvakantie samen gemaakt. Spijtig genoeg heb ik er geen foto van genomen. Je zal me dus op mijn woord moeten geloven dat het niet alleen lekker is maar er ook heel smakelijk uitziet.

Ingrediënten

Voor de vulling
500 g spinazie, gewassen en verlepte bladeren verwijderd
250 g ricotta
120 g geraspte pecorino
2 eieren
peper, kruidenzout, nootmuskaat naar smaak


Voor de saus
2 el olijfolie
1 ui, gesnipperd
2 teentjes knoflook, geperst
2 blikken gepelde biotomaten of een equivalent verse tomaten in stukjes
een handvol basilicumblaadjes, in reepjes
peper en zout

25-tal cannelloni of zoveel tot de vulling op is (is afhankelijk van de grootte van de cannelloni)

Bereiding

Begin met de tomatensaus dan kan die rustig sudderen terwijl je de vulling voor de cannelloni maakt.
Fruit hiervoor de ui en de knoflook in de olijfolie tot ze glazig zijn. Voeg de tomaten toe, kruid met peper en zout en laat op een laag vuur sudderen.

Voor de vulling laat je de spinazie met het aanhangende water in enkele minuten slinken in een grote pan.Giet af in een vergiet en laat even afkoelen. Druk er daarna met een houten lepel of met de hand zoveel mogelijk vocht uit. Leg op een houten plank en hak fijn
Meng ondertussen de ricotta met de eieren, het kruidenzout, peper en nootmuskaat. Voeg er vervolgens de helft van de pecorino bij en roer goed door elkaar. Tenslotte de spinazie toevoegen en eronder mengen.

Ongeacht wat er op de verpakking van de cannelloni staat: NIET voorkoken. Voor het vullen van de cannelloni met deze vulling gebruik je best een spuitzak. Bij gebrek hieraan kan je ook een punt van een diepvrieszakje afknippen.
Schik de gevulde cannelloni in een ingeoliede ovenschaal in 2 lagen.

Werk de tomatensaus af met de in reepjes gesneden basilicum en giet over de cannelloni. Bestrooi met de rest van de kaas en zet 45 minuten in een voorwarmde oven op 200°C.

Lekker met een groene salade.

woensdag 27 april 2011

Asperges op z'n Vlaams




Dé Vlaamse vegetarische schotel bij uitstek. Ze heeft het allemaal: de groenten, de eiwitten, de vetstof. En met gekookte aardappelen, tegen het einde van het seizoen zelfs met nieuwe inlandse, ook de koolhydraten. Ze is niet te versmaden én licht verteerbaar.





Ingrediënten

1,5 kg witte asperges
4 eieren, hardgekookt
6 el peterselie, fijngehakt
8 el boter, gesmolten
Fleur de sel of grof zeezout en indien gewenst vers gemalen zwarte peper

Bereiding

Schil de asperges en verwijder het onderste harde stukje. Breng een grote pan gezouten water aan de kook. Doe de asperges in het kokende water en laat ze als het water terug kookt 5-8 minuten koken (afhankelijk van de dikte). Giet ze af.

Plet de hardgekookte eieren en meng met de gehakte peterselie.
Schik de asperges op borden en schep het ei-peterseliemengsel erover.

Strooi wat fleur de sel of grof zeezout en eventueel wat peper over de asperges en werk af met 2 eetlepels gesmolten boter per bord.

maandag 25 april 2011

Spinazie

Wie kent niet Popeye, de zeeman die sterker dan sterk is dankzij de blikken spinazie tsjokvol ijzer die steeds op strategische momenten opdoken om zijn problemen op te lossen. Er bestaat ondertussen geen twijfel meer over: spinazie is een gezonde groente maar met dat ijzer in spinazie is wel wat aan de hand. Blijkbaar bevat spinazie 10 keer minder ijzer dan oorspronkelijk was gedacht. Het zou allemaal te wijten zijn aan een verkeerd geplaatste komma. Desalnietemin bevat spinazie er toch nog een behoorlijke hoeveelheid van.

Spinazie bevat echter ook een grote hoeveelheid oxaalzuur waardoor het ijzer minder goed opgenomen wordt door ons lichaam. Dit oxaalzuur zorgt ook voor het laxerend effect en het vreemde gevoel aan je tanden tijdens en vlak na het eten van spinazie. Het zou ook calcium onttrekken aan ons skelet en het zorgt er tevens voor dat de grote hoeveelheid calcium die in spinazie zit toch niet ten volle benut kan worden door ons lichaam.  Daar hoeven we ons als volwassene echter niet zo bezorgd over te maken omdat we in normale omstandigheden geen gebrek hebben aan calcium in onze voeding.

Daarnaast bevat spinazie grote hoeveelheden antioxidanten waaronder vitamines C en E en luteïne en zeaxanthine. Deze laatste zijn goed voor je hart en ogen. Donkergroene spinaziebladeren bevatten trouwens ook nog dat andere wondermiddel voor de ogen namelijk beta-caroteen.
Voor hart en bloedvaten zijn de grote hoevheelheid kalium en het nauwelijks aanwezige natrium weldoend.
Het foliumzuur is niet alleen goed voor het hart maar is ook belangrijk voor een goede hersenwerking en is samen met ijzer belangrijk bij het voorkomen van bloedarmoede.

Spinazie eet je best zo vers mogelijk. Koop daarom alleen maar fris groene spinazie zonder verlepte of gele bladeren op de dag dat je hem ook gaat opeten. Je kan hem hoogstens 1 dag in een plastic zak in de koelkast bewaren. Verwijder in dit geval bij gebruik zeker alle verlepte of gele balderen.
Je eet spinazie zowel rauw als gekookt of gestoofd. Kies jonge spinazieblaadjes voor sla.

Eenmaal bereide spinazie warm je best niet meer op omdat de erin aanwezige nitraten door bacteriën omgezet worden naar nitriet in een lauwwarme omgeving. Alleen wanneer je de spinazie snel kan laten afkoelen in koelkast of diepvriezer wordt deze omzetting vertraagd en kan je het toch riskeren om hem op te warmen. Let wel, spinazie verkleurt heel snel, eens hij is klaargemaakt. Hij gaat er dus zeker niet smakelijker uitzien na opwarmen.

zondag 24 april 2011

Risotto met asperges

Deze risotto kan je zowel met groene als met witte asperges maken. Persoonlijk geef ik voor dit recept de voorkeur aan groene omdat dit mooier kleurt en je bij de risottorijst dan toch nog de extra mineralen en vitamines van de groene asperges binnen hebt.

Ingrediënten

400 g Carnaroli rijst of een andere risottorijst
ca 1 kg groene asperges
1 ui, fijngesnipperd
25 g boter
2 el olijfolie
1 dl droge witte wijn
1,25 l kokende groentenbouillon 

Voor de afwerking
65 g boter
80 g grana padano, geraspt
2 el peterselie, fijngehakt

Bereiding

Maak de asperges schoon: als ze dik zijn, schil je ze. Verwijder het onderste taaie stuk. (Indien je witte asperges gebruikt, moet je ze altijd schillen en moet je ze even vooraf koken). Snij de toppen eraf en hou apart. Snij de stelen in rondjes.

Smelt 25 g boter en de olijfolie in een kom en fruit hierin de ui. Voeg de rijst toe wanneer de ui glazig is en laat even mee bakken. Doe de witte wijn erbij en roer met een houten lepel tot de rijst de wijn geabsorbeerd heeft. Vanaf nu doe je pollepel per pollepel de groentenbouillon bij de rijst, tussenin telkens roerend totdat de rijst de bouillon opgenomen heeft vooraleer je er de volgende pollepel aan toevoegt. Wanneer je de helft van de bouillon toegevoegd hebt, voeg je ook de in rondjes gesneden aspergestelen toe. Bijna op het einde, voeg je ook de aspergetoppen toe. Vanaf nu moet je heel voorzichtig roeren om de toppen niet te beschadigen maar ze toch te laten garen in de risotto.
Als alle bouillon door de rijst is opgenomen moet de rijst zacht zijn maar toch nog een beetje beet hebben. Als de rijst nog te hard is, voeg je nog wat warm water toe op dezelfde manier werkend als met de bouillon.

Voor de afwerking roer je de rest van de boter en de grana pandano onder de risotto en laat hem 2 minuten rusten.
Schep uit in borden en werk af met wat fijngehakte peterselie.

Lekker met een groene salade van groene eikebladsla, rucola en pijpajuin afgewerkt met een eenvoudige olijfolie-citroenvinaigrette.

vrijdag 22 april 2011

Asperge

5000 jaar voor Christus waren de asperges al bekend in Egypte. Later werden ze door de Romeinen toegepast voor de geneeskrachtige werking. De latijnse benaming Asparagus officinalis waarbij officinalis een apothekers erkenning is, verwijst hiernaar. Pas veel later ging men de asperge ook eten.

Er zijn groene, witte en paarse asperges.
Qua voedingswaarde zijn ze gelijkwaardig al bevat de groene asperge meer vitaminen en mineralen omdat ze bovengronds groeit. Ze zitten vol met vitaminen B1 en B2, vitamine C en ook redelijk wat vitamine E. Daarnaast is ook kalium rijkelijk aanwezig (200-300 mg/100g) en bevatten ze zeer weinig natrium (minder dan 3 mg/100g)
Door de fructosanen, asparagine en kalium werken asperges waterafdrijvend en stimuleren ze de nierfunctie. Asparagine heeft verder nog een gunstige uitwerking op leverstoornissen, jicht, vermoeidheid, hartkloppingen en lage bloeddruk
Dankzij de vele vezels bevorderen asperges de darmwerking: de pectines en het plantenslijm houden het water vast en regelen zo de darmtransit terwijl de cellulose de transit versnellen. Daarom zijn asperges een zachte remedie tegen constipatie.

Na het eten van asperges krijgt de urine soms een eigenaardige en typische geur. Dit is het gevolg van vluchtige zwavelhoudende verbindingen, methylmercaptanen, die ontstaan door afbraak van onder andere asparagusinezuur. Men is het er nog niet over eens of dit fenomeen zich maar bij de helft van de bevolking voordoet of dat maar de helft van de bevolking deze stoffen kan ruiken. Zeker is dat dit fenomeen niets af doet van de voedings- of gezondheidswaarde van asperges.

Koop asperges zo vers mogelijk zonder verdroogde uiteinden of bruine plekken. Je kan ze indien nodig 3 tot 4 dagen bewaren in de koelkast gewikkeld in een vochtige handdoek in een plastic zak.
Witte asperges moeten altijd geschild worden. Als je iedere reep schil wat laat overlappen met de vorige die je verwijderd hebt, is de kans dat je alle vezels verwijderd hebt het grootst want zeg nu zelf: een vezelige asperge is niet bepaald aangenaam.


Groene asperges zijn minder vezelig en de dunne exemplaren kunnen ongeschild gegeten worden.

Kook de asperges 6-8 minuten naargelang de dikte. Persoonlijk check ik na 5 minuten al of het nog langer moet. Ik verkies asperges met nog wat beet boven platgekookte exemplaren.
De groene asperges kan je ook wokken: snij ze dan eerst in stukjes van ongeveer 5 cm en hou de kopjes apart want die moeten minder lang gewokt worden.

maandag 18 april 2011

Zoet en venijnig??

Dit weekend stond er in de IHT een interessant artikel over suiker en wat het met ons lichaam doet. Het gaat dan meer bepaald over geraffineerde suiker (sucrose) en over hoog-fructose-maïsstroop (HFMS). Ze bestaan beiden uit glucose en fructose. In het geval van sucrose is de verhouding fructose/glucose, 50/50 in het tweede geval 55/45. Het is de frucose die suiker onderscheid van ander koolhydraatrijk voedsel zoals brood en aardappelen dat uisluitend tot glucose afbreekt.

Suiker zowel als HFMS zijn even ongezond alhoewel tegenwoordig vooral de laatste aan de basis ligt van het wantrouwen in bewerkte voedselproducten.

Wat doen ze met ons en hoe doen ze het?

Suiker is bijzonder schadelijk voor ons door de manier waarop fructose door ons lichaam gemetaboliseerd wordt. Tenminste als je het in voldoende grote hoeveelheden eet. En daar wringt voorlopig het schoentje want onderzoekers weten nog altijd niet hoeveel teveel is.

Het fructose in suiker wordt in hoofdzaak door onze lever gemetaboliseerd terwijl de glucose gebruikt wordt door iedere cel van ons lichaam. Suiker eten, betekent dus meer werk voor de lever dan wanneer je dezelfde hoeveelheid calorieën zou binnenkrijgen door zetmeel. Grote hoeveelheden fructose zorgen ervoor dat de lever dit omzet naar vet. En blijkbaar zorgt de opstapeling van vet in de lever ervoor dat er insuline resistentie of metabool syndroom optreedt, één van de fundamentele problemen van zwaarlijvigheid, ziekten van hart-en bloedvaten en diabetes type 2. Het zou ook de onderliggende reden kunnen zijn van heel wat kankers.
Opstapeling van vet door de lever kan veroorzaakt worden door genetische aanleg maar de mogelijkheid is reëel dat suiker aan de basis ligt.

Wanneer dieren fructose of suiker in voldoende hoeveelheden te eten krijgen, zet hun lever de fructose om in vet namelijk het verzadigd vetzuur palmitine, de veroorzaker van hartziekten doordat het het slecht cholesterol LDL laat stijgen. Het vet accumuleert in de lever, gevolgd door insuline resistentie. Als er gestopt wordt met suiker te voederen, verdwijnt het vet uit de lever en ook de insuline resistentie.
Gelijkaardige effecten treden op bij mensen maar hier hebben onderzoekers de proefpersonen uitsluitend fructose gekregen. Dus alles wat we momenteel weten is dat suiker en HFMS omwille van de manier waarop fructose gemetaboliseerd wordt en omwille van de hoeveelheid die we ervan eten mogelijk vet doen ophopen in onze lever gevolgd door insuline resistentie en metabool syndroom dat de aanleiding is voor hart- en bloedvatziekten, diabetes en zwaarlijvigheid. Ze kunnen inderdaad ook giftig zijn maar het duurt jaren om schadelijk te zijn. Zolang er geen lange termijn studies uitgevoerd worden, weten we dat niet met zekerheid.

Eén van de ziekten die toenemen samen met zwaarlijvigheid, diabetes en metabool syndroom is kanker. Dit wil zeggen dat je meer kans hebt om kanker te krijgen als je zwaarlijvig of diabetisch bent of metabool syndroom hebt. Dit hangt samen met het al lang aanvaarde idee dat kanker veroorzaakt wordt door ons Westers dieet en onze Westerse levensstijl. En het verband tussen onze Westerse levensstijl en kanker manifesteert zich door zijn samenhang met zwaarlijvigheid, diabetes en metabool syndroom. ttz. insuline resistentie.
Insuline resistentie zorgt er namelijk voor dat we meer insuline gaan afscheiden omdat door insuline resistentie onze cellen de werking van insuline negeren. En daar zit hem nu net het probleem want insuline en het eraan verwante insuline-groeifactor bevordert tumorgroei. De cellen van veel menselijke kankers zijn afhankelijk van insuline voor hun brandstof (bloedsuiker) en stoffen die ze nodig hebben om te groeien en te vermenigvuldigen. Daarenboven geeft insuline ook het signaal om dit te doen. Hoe meer insuline, hoe beter ze groeien. Onderzoekers zijn het erover eens dat een verhoogd insulinegehalte  een nodige stap is in vele kankers zoals borst- en darmkanker. 80 procent van alle menselijke kankers zouden veroorzaakt worden door mutaties of omgevingsfactoren die het effect van insuline op cellen in een beginnend kankerstadium verhogen of nabootsen.

Als het suiker is dat insuline resistentie veroorzaakt dan kan je moeilijk anders dan besluiten dat suiker kanker of toch minstens sommige ervan, veroorzaakt.

Een beangstigende gedachte. Dat we dikker worden van suiker is immers maar het zichtbare deel van de ijsberg. Het onzichtbare: de vervetting van de lever en de insuline resistentie is een heel ander verhaal. En daar en boven moeten we ons officieel geen zorgen maken want er is voorlopig nog geen voldoende sluitend bewijs.

Ik denk dat ik liefst het zekere voor het onzekere neem en suiker met ontzag behandel en dus probeer te vermijden. Dat zal niet gemakkelijk zijn want het zit in de meest onwaarschijnlijke producten. Maar het is alleszins het proberen waard.

zaterdag 16 april 2011

Gemberbloemkool met koriander en room




Een heel aparte manier om bloemkool te bereiden. Het past bij vrijwel elke maaltijd en het is de eenvoud zelve om klaar te maken. En het allerbelangrijkst: het smaakt hemels!!

 


Ingrediënten

800 g bloemkool, in roosjes verdeeld
gember, een stukje van 2-3 cm, geschild en in kleine blokjes
1-2 verse groene pepertjes, gehalveerd, ontzaad en zeer fijn gehakt
4 el verse koriander, zeer fijn gehakt
2,5 dl (soja)room
1,2 dl melk (ongezoete sojamelk kan ook)
1 tl zout

Bereiding

Vermeng alle ingrediënten in een brede pan met dikke bodem en zet op een middelhoog vuur. Breng de inhoud aan de kook. Draai het vuur laag en laat met het deksel op de pan 10 minuten koken onder af en toe roeren. Haal het deksel van de pan en draai het vuur terug hoger. Laat onder zachtjes roeren nog 2-3 minuten doorkoken of totdat de bloemkool net gaar is en de saus iets is ingekookt.

donderdag 14 april 2011

Bloemkool

Persoonlijke vind ik bloemkool één van de mooiste maar ook één van de lekkerste groenten die er bestaan. Ze behoort net zoals alle koolsoorten tot de familie van de kruisbloemigen. Er bestaan 3 soorten: de welbekende witte bloemkool, de groene of Romanesco en de minder bekende paarse.
De witte dankt haar kleur aan het feit dat de bloemknop van in het begin bedekt wordt met bladeren om verkleuring tegen te gaan. Bij de Romanesco is dit niet nodig.

Net als alle andere kruisbloemigen bevat bloemkool sulfurofaan, een stof die helpt om het risico op bepaalde vormen van kanker te verkleinen. Daarnaast bevat ze ook veel vitamine C: 1 portie voldoet al aan de dagelijkse behoefte. Ze is ook rijk aan kalium (goed voor hart en bloedvaten) en bevat een aanzienlijke hoeveelheid foliumzuur (het vroegere vitamine B11, belangrijk voor de aanmaak van rode bloedcellen en de ontwikkeling van het centrale zenuwstelsel bij de foetus) . Zonder sausjes is ze ook caloriearm.

Het klinkt raar, want ongewoon in onze streken, maar ook de bladeren van de bloemkool kan je eten; in een stoofschoteltje bijvoorbeeld.
De bloemkool kan zowel gestoomd, gekookt of rauw gegeten worden . In het laatste geval is een lekker dipsausje niet te versmaden. Als je ze kookt of stoomt, verdeel ze dan in afzonderlijke roosjes en zorg ervoor dat ze nog beet heeft. Een platgekookte of gestoomde bloemkool is echt zonde. Als je van afwisseling houdt,  kan je de afzonderlijke roosjes ook bakken in olijfolie: heerlijk!!

Koop een bloemkool met frisse groene bladeren. Je bent er dan zeker van dat ze supervers is en daarenboven kan je de bladeren zelf dan ook nog gebruiken. Een verse bloemkool kan je tot een week in de koelkast bewaren in een plastic zak, gekookte bloemkool bederft snel. Als een volledige bloemkool te groot is om in één keer op te eten, doe je er dus goed aan ze slechts gedeeltelijk klaar te maken.

maandag 11 april 2011

Deze zeker biologisch kopen

Ik ben eens op zoek gegaan naar de groenten en fruit die je het best biologisch koopt als je er zeker van wilt zijn dat je geen gifresten binnenkrijgt.
Belangrijk om weten is dat voor alle anderen ook het land van herkomst belangrijk is. Zo blijken conventioneel geteelde groenten en fruit afkomstig uit de Zuiderse landen van Europa namelijk Spanje, Italië en Griekenland vaker vervuilder te zijn dan de Belgische of Nederlandse. Groente is meestal schoner dan fruit.

De top 5 van toxisch fruit (2009)
  1. Druif
  2. Peer
  3. Sinaasappel
  4. Mandarijn
  5. Aardbei
De vervuilingsscore van druif is 4,5 keer zo groot als die van aardbei. De vijf minst giftige niet-biologische fruitsoorten zijn: kiwi, banaan, pruim, ananas en meloen (cijfers van 2009) waarbij kiwi de properste is.

De top 5 van toxische groenten (2009)
  1. Komkommer
  2. Aubergine
  3. Pepers (scherpe)
  4. Sla
  5. Erwten
Een conventioneel geteelde komkommer heeft een vervuilingsscore die 6,5 maal zo groot is als die van conventioneel geteelde erwten.
De zes gezondste groentensoorten in termen van residu's zijn bloemkool, spitskool, rode biet, witloof, broccoli en courgette met bloemkool als absolute topper in 2009.

Als je hier graag meer over weet, kan je op de weetwatjeeet-site meer lezen.

vrijdag 8 april 2011

Tips om Bisphenol A te vermijden

BPA (Bisphenol A) is een potentieel toxische oestrogeen-imiterende verbinding die gebruikt wordt in de productie van plastic (meer bepaald polycarbonaten) en in epoxy-harsen die gebruikt worden voor de bekleding van blik. BPA heeft de neiging uit deze verpakkingsmaterialen te diffunderen in de voeding die ze bevatten. En dat zorgt nu juist voor toenemende ongerustheid want het zou leiden tot een verhoogd risico op borstkanker, zwaarlijvigheid en ermee verbonden ziekten zoals diabetes, neurologische kwesties, vervroegde puberteit, onvruchtbaarheid en andere ziekten zoals hartziekten (onder andere onregelmatige hartslag).

Het is gevaarlijk genoeg opdat Europa, Canada en zelfs China het gebruik ervan in babyflesjes heeft verboden maar het is in het dagelijks leven haast niet te vermijden. Het komt voor in plastic flessen voor water en frisdrank, in blikjes allerhande gebruikt voor drank, fruit, groenten, soepen en zelfs in thermisch papier.

Een voordeel is dat BPA ook gemakkelijk door ons lichaam uitgescheiden wordt en niet wordt opgeslagen in ons lichaam.

Sinds 1988 bestaan er identificatiecodes voor harsen die vooral gebruikt worden om ze te kunnen identificeren voor recyclage. Je hebt ze zeker al gezien op plastic verpakkingen: een driehoek gevormd door 3 gebogen pijlen met in het midden een cijfer van 1 tot 7. Het is zeer onwaarschijnlijk dat nummers 1 tot en met 6 BPA bevatten alhoewel zowel 1 als 6 niet aangeraden worden voor gebruik in menselijke consumptie. De eerste bevatten ftalaten en de tweede is een belangrijk bestanddeel van piepschuim. Nummer 7 bevat eigenlijk alles wat niet tot de eerste 6 categorieën behoort en bevat vaak BPA. Dus als je toch plastic wil gebruiken in de voedsel- en dranksfeer dan zijn het nummers 2 (high density polyethtylene), 4 (low density polyethylene) en 5 (polypropylene). Spijtig genoeg staat deze code nog niet op iedere plastic of blik verpakking.

Als je het zoveel mogelijk wil vermijden, kan je onderstaande tips toepassen in je dagelijks leven.

  1. Drink kraantjeswater of drink water uit glazen flessen. (gemakkelijk te realiseren)
  2. Eet vers klaargemaakte voeding en geen maaltijden verpakt in plastic die je moet opwarmen in de microgolfoven. (is afhankelijk van hoeveel tijd je hebt en als je er ook nog voor kiest om biologisch geteelde voeding te eten van je portemonnee)
  3. Gebruik geen plastic keukenmateriaal maar geef de voorkeur aan metaal, glas of hout. (gemakkelijk te realiseren)
  4. Vermijd alle ingeblikte voeding tenzij er op de blikken vermeld staat dat ze BPA-vrij zijn. Dit is moeilijk te realiseren maar vermijd dan vooral vette, zurige en zoute voeding in blik omdat vooral deze gemakkelijk de BPA uit de bekleding van het blik opnemen. 
  5. Gebruik geen plastic potten om restjes in te bewaren en op te warmen maar geef de voorkeur aan glas.
  6. Gebruik geen plastic koffiefilters in welke vorm dan ook.

woensdag 6 april 2011

Fruit en Groenten / Carlo Valsecchi

Een feest voor het oog. Vertrekkend van een groothandelaar in fruit in Noord-Italië neemt Carlo Valsecchi ons mee op een fotografische wereldreis waarin hij meer dan 160 variëteiten van groenten en fruit catalogeert: van Chinese appels tot Italiaanse courgettes.
Zijn objectieve foto's gunnen ons een glimp op een fascinerende en smakelijke wereld. Het geeft ons ook een blik op de globalisering en het effect daarvan op het circuleren van goederen, ons dieet en levensstijl.

Maar het zegt ook iets over de industrialisering van onze voedselproductie: de uniformiteit van de broccoli-struikjes, de allemaal identieke appels, de compleet vlekloze citroenen, de preien die allemaal even lang zijn met dezelfde verhouding wit/groen.... Eigenlijk is het allemaal bijna te mooi om waar en echt te zijn. Je vraagt je af hoeveel er bij het afval terecht gekomen is, gewoon omdat het niet voldoet aan de visuele norm.

Een fotoboek dat zowel liefhebbers van eten als van conceptuele kunst kan aanspreken.

Op de site van La Repubblica kan je een aantal foto's uit het boek bekijken.

maandag 4 april 2011

Prei-citroensausje met gerookte zalm





Een eenvoudig pastasausje om je vingers bij af te likken. En dankzij de gerookte zalm heb je je portie omega-3 voor de dag ook binnen.




Ingrediënten

200 g gerookte zalm, in reepjes gesneden
2 dl sojaroom
geraspte schil en sap van een halve citroen
1 el olijfolie
3 hele preien, in ringen gesneden
peper en zout naar smaak
2 el bieslook, gesnipperd

Bereiding
Doe de olijfolie in een hete pan en voeg de prei toe. Laat op een zacht vuurtje stoven tot de prei zacht is. Voeg de citroenrasp, citroensap en room toe, breng op smaak met peper en zout en breng aan de kook. Doe er op het laatste moment de gerookte zalm bij en laat heel even doorverwarmen (niet te lang zodat je ten volle kan genieten van de omega-3).
Lekker bij tagliatelle of papardelle!

vrijdag 1 april 2011

Vier tips voor een goed cholesterolgehalte

  1. Eet veel fruit, groenten, aardappelen, volwaardige granen en peulvruchten.
  2. Verminder de consumptie van vetten: gefrituurd voedsel, vlees, taarten met room en zoetigheden.
  3. Gebruik plantaardige oliën in de keuken zoals olijfolie, maïskiemolie of zonnebloemolie.
  4. Vermijd ten allen tijde gehydrogeneerde of geharde plantaardige vetten zoals margarines.