De rode biet is het kleine broertje van de suikerbiet en de voederbiet. Ze is bijna het hele jaar door verkrijgbaar en je kan ze gemakkelijk een aantal weken bewaren op een donkere en koele plaats. Bij gebrek hieraan kan je ze in een plastieken zakje in het groentevak van je koelkast leggen.
De prachtige rode kleur van rode bieten wordt veroorzaakt door betacyanine, één van de vele anti-oxidanten in rode biet. Met z'n allen stimuleren ze het ontgiftingsproces van de lever en zouden daarenboven bescherming bieden tegen huid-, long- en darmkanker. Hou er echter rekening mee dat rode bieten geen geneesmiddel zijn: dat ze kanker zouden genezen is wel zeer optimistisch.
Rode bieten bevatten bovendien een grote hoeveelheid ijzer en betaïne wat een goede werking van de rode bloedlichaampjes garandeert.
Ze helpen ook om het cholesterolgehalte te verlagen en de verhouding tussen 'goede' (HDL) en 'slechte cholesterol' (LDL) te verbeteren.
Jonge bieten bevatten daarenboven een grote hoeveelheid kalium wat bloeddrukverlagend werkt.
Ook de bladeren van de rode biet zijn eetbaar en bevatten veel ijzer en betacaroteen. Ze kunnen gewokt worden of een slaatje opfleuren met hun rode kleuraccenten.
De rode bieten zelf zijn gekookt, geroosterd maar ook rauw - en dan vooral geraspt - heerlijk.
De gaartijd van rode bieten varieert al naargelang je met de zomer- of winterversie te maken hebt. Zomerbietjes zijn al na een halfuurtje koken gaar; winterbieten van vergelijkbare grootte hebben daarentegen minstens het dubbele van de kooktijd nodig. Bij heel dikke bieten kan de gaartijd zelfs oplopen tot twee uur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten